Verhalen van Overlevenden

NOVA MUZIEK FESTIVAL

Supernova is een openlucht psychedelisch trance muziekfestival dat plaatsvond in een woestijn in het zuiden van Israël in de buurt van kibboets Re’im op 6 en 7 oktober. Het festival trok duizenden Israëli’s en toeristen uit de hele wereld. Bij het aanbreken van de dag op zaterdag 7 oktober maakte een spervuur van raketten abrupt een einde aan het feest. Wat de feestgangers op dat moment niet wisten, was dat Hamas-terroristen de grens waren overgestoken en op weg waren naar het gebied. Om 6:30 uur, rond zonsopgang, werden raketten opgemerkt in de lucht. Rond 7 uur ’s ochtends waarschuwde een sirene voor een raketaanval. Vervolgens arriveerden gewapende terroristen met motoren, vrachtwagens en paragliders, geweren en pistolen in de hand, omsingelden het festivalterrein en schoten lukraak op mensen die probeerden te ontsnappen. De festivalgangers werden gedwongen een overlevingsstrategie te kiezen – vluchten, zich verstoppen of dood spelen. Ze werden van alle kanten neergeschoten. Hun schuilplaatsen werden in brand gestoken. Hun lichamen werden geplunderd. Schuilplaatsen werden weggevaagd. Deelnemers die hun toevlucht zochten in nabijgelegen locaties, zoals schuilkelders, struiken en boomgaarden, werden gedood terwijl ze zich verborgen hielden. Degenen die de weg en parkeergelegenheid bereikten, kwamen vast te zitten in een verkeersopstopping doordat terroristen op voertuigen vuurden. De terroristen executeerden enkele gewonde personen van dichtbij terwijl ze over de grond kropen. Dit zijn de verhalen van de overlevenden van het Nova Festival.

⚠ Waarschuwing: sommige van deze verhalen zijn extreem moeilijk en beschrijven oorlogsmisdaden die gepaard gaan met geweld, verkrachting en wreedheid.

Bron: october9.org – Het verhaal van Roni S.

Het is 18.00 uur ’s avonds, 9 oktober 2023, en er zijn minder dan 48 uur verstreken sinds we werden gered. Het is tijd om te vertellen over mijn persoonlijke wonder en dat van mijn drie vrienden: Gal, Itzik en Chai. We waren samen door al deze puinhopen heengegaan. Alle mislukkingen, alle wonderen – en er waren wonderen waar we doorheen gingen, hebben we allemaal samen meegemaakt. Ik moet zeggen dat als in ons verhaal elke centimeter of actie, meer naar links of rechts was gebeurd of elke minuut een minuut later of eerder had plaatsgevonden ik dit waarschijnlijk niet nu had kunnen schrijven voor u. De kans is groot dat we niet meer zouden leven.

‘k Heb op Facebook honderden berichten ontvangen, maar kan ze momenteel niet allemaal beantwoorden. Ik wil iedereen echt bedanken en zal dat één voor één ook doen. Er zijn geen woorden om mijn waardering en liefde te beschrijven voor ieder die mij een bericht heeft gestuurd. Het heeft mijn hart en ziel goed gedaan.

Nu ons verhaal: het betreft mezelf, Chai, Gal en Itzik. Het is heel belangrijk om allereerst te zeggen dat om 6.30 uur/7.00 uur ’s ochtends, toen de raketten begonnen, het hoogtepunt van het feest was. Het feest begon ’s nachts tussen 23.00 en 0.00 uur en de meeste mensen arriveerden ’s nachts tussen 1.00 en 2.00 uur. Het einde zou ongeveer tussen 15.00 en 16.00 uur in de middag zijn, de volgende dag. Ik begrijp dat mensen zich afvragen: “Waarom waren er tussen 6.00 en 7.00 uur zoveel mensen op het feest?” Het was echt het hoogtepunt, in het midden, van het feest. De belangrijkste artiest die optrad [op het Nova-festival] was op dat moment op het podium.

We kwamen dus rond 03.00 uur aan. Het feest was erg leuk en er hing een goede sfeer en we waren in een goed humeur. Om 6.00/6.15 uur waren we aan het dansen in de dansruimte. Alles was in orde, we waren dronken toen we plotseling schoten hoorden. Zelfs voordat er een sirene ‘rood alarm’ klonk (die waarschuwt voor raketvuur) hoorden we schoten, was er paniek en zagen we rennende mensen.

Plotseling kondigde de productie via de microfoon aan: “Er is geen feest meer. Het is voorbij. Er is ‘rood alarm’, iedereen evacueren!”

“Het klinkt nu absurd, terugkijkend, maar dat heeft ons gered […] omdat blijkt dat de eerste mensen die wegliepen, zijn afgeslacht

Dat was het eerste wonder. We waren zo dronken en zo goedgehumeurd, en deden alsof we “dapper” waren en dat “geen raketten ons zouden raken” en “het gaat goed met ons” dat we de tijd namen om het feest te verlaten. Het duurde ongeveer 45 minuten voordat we vertrokken! We zaten daar, we lachten. Het klinkt absurd, nu terugkijkend, maar dat is wat ons heeft gered. Want het blijkt dat de eerste mensen die wegliepen zijn afgeslacht.

Ze zijn allemaal vermoord. Stuk voor stuk. Nadat we die 45 minuten waren gebleven, ook al waren er duidelijke instructies om te vertrekken vanwege raketten. Ik moet zeggen dat we (op dat moment) niet eens wisten dat er terroristen waren. Hamas vuurde raketten af ​​als afleiding, zodat niemand zou merken dat er terroristen binnenkwamen. Wij wisten van niets. Dus gingen we rustig naar de auto, met het gevoel dat alles in orde was. We stapten in de auto en reden weg. Er ontstond een enorme verkeersopstopping op het feestterrein.

We reden over een veld en aan het einde bereikten we een hoofdweg. Destijds wisten we niet [in welke richting we gingen], maar als ik terugkijk, weet ik dat het zuiden rechts was en het noorden links, richting Netanya. Er stond een file omdat uiteraard iedereen linksaf sloeg, en wij reden in dezelfde richting als iedereen en kwamen ook in de file terecht. We stonden drie of vier minuten in de file en toen gebeurde het tweede wonder. Een politieagent arriveerde op een motorfiets en zei: ‘Vrienden, ga de andere kant op. Ga naar het zuiden, daar is nog een rijstrook, ga snel! Rijd snel!’

Onze auto was de tweede auto die de U-bocht maakte. De eerste auto was een witte Hyundai, recht voor ons, en wij waren de auto erachter. We maakten een U-bocht, een van de eersten, en begonnen glimlachend te rijden. We hadden geen idee wat er aan de hand was en waren nog behoorlijk dronken.

We reden zo’n anderhalve kilometer en opeens zagen we figuren op de weg, iets onbegrijpelijks. Eén auto aan de linkerkant, één auto aan de rechterkant en twee figuren op de grond en we begrepen niet wat het was. We begonnen de figuren te naderen en we zagen twee lichamen op de grond. Zodra Chai, de chauffeur, de lichamen zag, riep hij: “Draai om! Draai om! Er zijn hier terroristen!” We keken naar links en rechts, en we zagen twee groepen terroristen die net op ons aan het schieten waren. Er lagen twee groepen terroristen in een hinderlaag, wachtend tot mensen naar het zuiden zouden komen! We hebben nog een U-bocht gemaakt, samen met de witte Hyundai. Daarna reden we nog eens 200 meter en er kwamen nog meer terroristen tevoorschijn die op ons schoten!

“We waren volledig ingesloten: we zaten vast in een hinderlaag van links en van rechts en we konden nergens heen, omdat er voor ons lichamen [op de weg] lagen en we zagen een groep van ongeveer 16 terroristen.”

We waren volledig ingesloten: we zaten vast in een hinderlaag van links en van rechts en we konden nergens heen, omdat er voor ons lichamen [op de weg] lagen en we zagen een groep van ongeveer 16 terroristen. Chai wist niet wat hij moest doen. Het was letterlijk slechts een kwestie van seconden, (toen) Chai tot bezinning kwam en opnieuw een U-bocht maakte en reed alsof zijn leven ervan afhing met een snelheid van 150 km/u.

Onder een salvo van geweervuur hurkten we in de auto, met onze hoofden tussen onze knieën en onze handen boven ons hoofd, we probeerden ons te verstoppen. We hoorden de knallen. Ik weet echt niet hoe ik het moet uitleggen. Onze harten klopten met 4.000 slagen per minuut. Chai was echt moedig. Hij reed tussen de lichamen door dacht ik. Ik weet niet eens of we over de lichamen heen zijn gereden, of wat daar is gebeurd. We reden gewoon rechtdoor omdat we niet anders konden doen.

“Hij reed met de auto tussen de lichamen door. Ik weet niet eens of we over de lichamen zijn heen gereden, of wat daar is gebeurd. We reden gewoon rechtdoor omdat we niet anders konden doen”.

Er was op dat moment geen keus meer en dus reden we steeds verder rechtdoor. Opeens was er een bocht naar links met het bord ‘Ofakim’ en een bocht naar rechts met het bord ‘Eshkol’, en we wisten dat we nooit die kant op moesten gaan, dus gingen we naar links.

We gingen langzamer rijden tot ongeveer 100 km/u om linksaf te slaan [richting ‘Ofakim’], toen we een andere groep terroristen zagen. We sloegen niet linksaf en reden nog ongeveer een kilometer door, en zagen aan onze rechterkant een verlaten fabriek. We zagen iemand in de verte. Een van ons! We reden in zijn richting en toeterden. Ik stapte uit de auto en rende naar hem toe. “Alsjeblieft! Doe alsjeblieft open voor ons! Er zijn hier terroristen!”

Hij rende om de poort voor ons te openen. Wat er daarna gebeurde was het gekste wonder, het gekste van alle wonderen! We gingen door de poort naar binnen en parkeerden de auto, niet op de parkeerplaats buiten dus maar midden in de fabriek. We waren bang, haalde hijgend adem en stapten uit de auto.

En ik had een video die verwijderd was tijdens alle paniek over wat er daarna gebeurde. We stapten uit de auto en waren in de fabriek waar we net waren binnengereden, en ik liep met mijn telefoon in de richting van de hoofdweg om te zien waar we waren. Ik maakte er een video van (helaas is het grootste deel van de video gewist).

“Als we daar een minuut eerder waren aangekomen, waren we vermoord.”

Ik zag een groep terroristen in een vrachtwagen. Als we daar een minuut eerder waren geweest, waren we vermoord. En het nog grotere wonder is dat deze groep terroristen, ook al zagen ze ons in de fabriek, ook al hadden ze al op ons geschoten, en we voor ons leven de fabriek in waren gerend en ze ons in de fabriek hadden gezien, ze gingen recht op de grote slachting af en kwamen de fabriek niet binnen. Of het een wonder was of overmacht? Ik weet niet wie ons bewaakte,

Wij verbleven in de fabriek. Na de grootste paniek van ons leven te hebben ervaren, kwamen we aan in een kamer van 1 x 1 meter. Een bewakingscamerakamer die van alle kanten open was, van links naar rechts, van oost naar west, alles was open. En we zaten daar twaalf uur lang te wachten tot we gered zouden worden. Twaalf uur waarin we niet ademden, niet aten, niet dronken, in flessen urineerden. We werden allemaal gek als er ook maar iemand een geluidje maakte. “Niet bewegen! Beweeg niet!” Ik wil niet vergelijken, maar dat kwam het dichtst in de buurt van nazi’s die naar Joden zochten in de huizen van mensen.

“Twaalf uur waarin we niet ademden, niet aten, niet dronken, in flessen urineerden.”

We mochten niet bewegen, we mochten niet ademen. We urineerden in flessen, we dronken niet, we bereikten het punt waarop we elk moment konden flauwvallen. Je moet begrijpen dat we onszelf niet waren (en we waren al wakker sinds de dag ervoor). Ik keek naar de ene uitgang, Gal keek naar de andere, Chai en Itzik keken naar de bewakingscamera’s van de fabriek om te begrijpen wat er om ons heen gebeurde, en dit ging twaalf uur lang door.

En hier is de grootste fout: twaalf uur waarin de helft van Netanya – al onze ouders en ook mensen die we niet kenden – onze locatie naar de politie stuurden, onze locatie naar iedereen stuurden, en de politie zei eenvoudigweg: “Wij kunnen niets doen. Bid voor hun leven en dat van jou, beweeg niet, we houden je op de hoogte.”

We hebben geen enkele update ontvangen. Geen enkele update van de politie. Geen enkele update van het leger. Twaalf uur lijden. Ieder moment denk je dat je terroristen ziet. Je kijkt naar het scherm en denkt een beweging te zien. Je weet niet meer wat je ziet. Je hart klopt met 4.000 slagen per minuut. Je hebt het gevoel dat je net schapen bent die naar de slacht worden gebracht, je wacht tot ze komen om je te vermoorden. En als je niet wordt vermoord, dan ontvoeren ze je.

Je leest het nieuws, hebt nog een klein beetje batterijvoorraad in je telefoon en zegt tegen jezelf: “Er zijn zoveel gevangenen, er zijn zoveel doden, en er zijn hier vier mensen in een fabriek die jullie [veiligheidstroepen] kunnen bereiken! We zijn nu niet in Gaza.”

Trouwens, we waren niet in Gaza. Je kunt dus begrijpen waar we waren, we ontdekten dit pas later, en dit was weer een gek wonder. We bevonden ons op de hoofdweg waar alle terroristen vandaan kwamen. We waren in kibboets Magen. Er werden daar mensen vermoord en er vonden verschrikkelijke veldslagen plaats. Aan de hoofdweg aan de rechterkant is een andere stad die de terroristen bereikten. We bevinden ons dus in een fabriek die aan de ene kant een route heeft waarlangs terroristen kwamen, en aan de andere kant een andere route waar terroristen vandaan kwamen, en we zitten precies in het midden, in een fabriek die goed te zien is en in een open ruimte. Het is gek, zo gek waar we waren en hoe we het overleefden.

“Ik kan je echt niet beschrijven hoeveel wonderen en dingen er zijn gebeurd, die maakten dat wij het overleefd hebben.”

Ik kan je echt niet beschrijven hoeveel wonderen en dingen er zijn gebeurd die maakten dat wij het overleefd hebben. Terwijl ik je uitleg wat er allemaal gebeurd is, heb ik er geen andere verklaring voor dan dat iemand van bovenaf ons heeft aangeraakt.

Het is moeilijk om wat er in die twaalf uur is gebeurd zelfs maar te beschrijven in termen van angst, in termen van nachtmerries, in termen van geweerschoten. Ik heb nog nooit zoveel geweerschoten gehoord, ik heb nog nooit zoveel knallen gehoord. Ik vertel niet graag dat we niet kunnen slapen. Elk klein geluidje dat we van buitenaf horen, zelfs het kleinste dingetje doet ons opschrikken. Het gebeurde naast ons. We hoorden, en ik overdrijf niet, meer dan 5.000 schoten en meer dan 800 knallen, en het is niet alsof we het van ver hoorden. We hoorden het alsof de fabriek explodeerde.

Het is niet uit te leggen en jullie hoeven echt niet te begrijpen wat we hebben meegemaakt. Na twaalf uur kwamen we om 7 uur ’s avonds aan en de ‘Messias’ arriveerde en zijn naam was Rami, geweldige Rami. Het is zo absurd dat die beste Rami slechts een burger was, terwijl het hele leger, de hele politie, ze allemaal daar waren.

Rami, ik weet helemaal niet hoe ik hem moet bedanken voor ons leven, we zijn hier dankzij jou. Rami kwam ons te hulp nadat onze families en dierbare vrienden contact met hem hadden opgenomen, evenals met het nieuwsbedrijf en de verslaggever Adva Dadon. Rami kwam ons zelfstandig, samen met een andere vriend, redden uit de fabriek. We verlieten de fabriek pas toen ze ons belden en zeiden: ‘We zijn er. Kom.” Hij heeft ons echt gered, en we gingen naar het beschermde gebied dat onder controle stond van de veiligheidstroepen.

Woorden schieten tekort om iedereen te bedanken die voor ons zorgde, die belde, die bad. Het is zo’n wonder. Ik weet niet of ik je heb kunnen beschrijven hoeveel wonderen we hebben meegemaakt. Het is gewoon zo’n groot wonder dat we in de auto door kogels zijn geraakt en daardoor rechtsaf zijn gegaan en niet linksaf, dat achteraf gezien iedereen die linksaf sloeg, werd vermoord. En ik heb niet gezegd dat ook al bleven we 45 minuten in de buurt van het gezelschap hangen, iedereen die nog langer na ons bleef hangen ook werd vermoord.

Volgens het nieuws werden op het terrein van de party zelf nog eens 270 mensen gedood, wat feitelijk de laatste mensen zijn die daar achterbleven, afgezien van de mensen die via de wegen probeerden te ontsnappen. ‘k Weet echt niet hoe ik het je moet omschrijven, ik ben gisteren herboren. Dit is ons verhaal. En nogmaals wil ik iedereen bedanken die heeft gebeld, een bericht heeft gestuurd en heeft gebeden. Ik hou echt zoveel van jullie, ik zal iedereen antwoorden, dat beloof ik.

Ik wil echt dat er een einde aan komt. Je wilt niet meemaken wat wij hebben meegemaakt. Ik wil niet eens weten wat de andere mensen die daar waren, hebben meegemaakt. Wat de mensen die stierven hebben meegemaakt.

Het originele getuigenis van Roni S. werd gekopieerd van zijn Facebook. Hij was op 7 oktober 2023 op het Nova-feest bij Kibbutz Re’im, dicht bij de grens met Gaza, tijdens de invasie van Hamas-terroristen op Israëlisch grondgebied, op de eerste dag van de Swords of Iron oorlog,